Vinkjes
Ik ben geen boekenwurm, maar een vakantiewurm. Ik lees eigenlijk alleen boeken tijdens de vakantie, het liefst onder het luifeltje van ons trekhutje met een biertje en wat nootjes binnen handbereik. Heerlijk vind ik dat! Afgelopen week was het boek ‘De ZEVEN VINKJES,’ van de schrijver en journalist Joris Luyendijk aan de beurt. Hij geeft daarin aan dat als je voldoet aan een zevental vinkjes, zoals hijzelf, je er zo goed als zeker van mag zijn dat er een hoge maatschappelijke positie voor je in het verschiet ligt. De vinkjes zijn: man, wit, hetero, minstens één hoogopgeleide ouder, minstens één in Nederland geboren ouder, een gymnasium of vwo diploma, en een diploma van de universiteit.
Overigens zijn er velen geweest die ooit iets vergelijkbaars hebben gezegd of geschreven, maar het is goed als het weer eens de aandacht krijgt. Joris vraagt zich af of hij eenzelfde indruk zou hebben achtergelaten als hij bijvoorbeeld Olga had geheten, of homoseksueel was geweest, of Jood, Marokkaan of Antiliaan. Was hij achter de schermen dan niet aangemerkt als haaibaai, pisnicht, vuile jood, kutmarokkaan of zwarte aap? Nu immers waren er voor hem geen diskwalificaties in die zin te bedenken en wordt hij overal serieus genomen.
Dat je met de zeven vinkjes een voorsprong hebt is duidelijk, alsook dat je wellicht uitgroeit tot iemand die de route van de hazen mag bepalen; maar of je er uiteindelijk een beter mens van wordt is nog maar zeer de vraag. Onze regering, de bestuursleden van grote ondernemingen, banken of het rechtssysteem zijn er bijvoorbeeld mee doorspekt. Velen zijn opgegroeid in de zevenvinkjesbubbel, hebben altijd de wind in de rug gehad, hebben nauwelijks kwetsbaarheid ervaren en hebben er dus geen benul van hoe dat voelt. Ook is hen het vermogen om iets aan te nemen zonder het zelf ooit te hebben meegemaakt nooit aangeleerd. Vanuit een ivoren toren daalt er daarom een regen van superioriteitsgevoelens op ons (als gepeupel) neer. Dat verklaart misschien ook wel waarom de toeslagaffaire maar doorwoekert. Of het drama in Groningen met haar gaswinningen en aardbevingen. Het doet in elk geval geen goed voor het gevoel van vertrouwen in onze overheid.
Velen zijn opgegroeid in de zevenvinkjesbubbel, hebben altijd de wind in de rug gehad, hebben nauwelijks kwetsbaarheid ervaren en hebben er dus geen benul van hoe dat voelt.
Joris beschrijft het verhaal van een vluchteling uit Irak over het gesus, getreuzel en dodelijk gebrek aan urgentie en doortastendheid bij de regering tijdens noodsituaties. Als er ministers en kamerleden zouden zijn geweest met een vluchtverleden die van het ene op het andere moment zelf ooit opnieuw hadden moeten beginnen, dus een ingedaald voorstellingsvermogen zouden hebben gehad, hadden de hazen zeker over een andere route gelopen en waren ze eerder in hun leger aangekomen. Willem Drees bijvoorbeeld, één van de grote spelers in de naoorlogse politieke arena van de vorige eeuw, had maar vier vinken, maar was wel doorleefd met de verschrikkingen die de oorlog met zich mee had gebracht en had deze ook zelf doorgemaakt. Heeft en kon daarom op basis daarvan de juiste beslissingen nemen om het land weer snel tot herstel te brengen.
Moet een hoge maatschappelijke functie je doel zijn? Als dat zo is, is daar natuurlijk niets mis mee. Een natie heeft nu eenmaal leiders nodig, maar de garantie dat je ooit tot heilige verklaard zult worden als je de zeven vinkjes kunt aftikken is niet zo groot, daarvoor is meer nodig. Degenen die het op eigen kracht doen, mogen meer kansen worden toegerekend. Zij kennen immers het klappen van de zweep en zijn er zelfs misschien zelf wel door geraakt.
Zelf heb ik slechts vier vinken. Ik ben dus redelijk mislukt. Man, wit, hetero en in Nederland geboren ouders, check! Mijn vrouw heeft er maar drie, is dus helemaal een minkukel. Samen halen we de zeven vinkjes dan weer wel.
Het doet me een beetje denken aan die contactadvertentie waarbij een man met bovengebit vraagt naar een vrouw met ondergebit om samen gezellig pinda’s te gaan eten.
Maak jouw eigen website met JouwWeb