De mug en de olifant
Een mug is een mug, een olifant is een olifant. Dat lijkt me niet zo moeilijk. Toch is de praktijk een stuk weerbarstiger. Wat voor de één een mug is, is voor de ander een olifant…. De mens neemt de wereld om zich heen nu eenmaal vanuit zijn eigen beperkte perspectief waar, en dan ook nog eens met maar vijf zintuigen.
Neem nu de ongeregeldheden tijdens de voetbalwedstrijd van AZ tegen Legia Warschau; voor velen een gigantische olifant die zelfs tot diep in de politieke haarvaten doordrong. Voor mij was het geen olifant, voetbal interesseert me namelijk geen ene malle moer en als ze elkaar daar te lijf gaan, haal ik daar misschien nog net mijn schouders voor op. Het is ver van mijn bed en het raakt me daarom nauwelijks, het is hoogstens een wat verbaasde mug.
De oorlog in Oekraïne? Of het bombardement op Israël? Ja, dat zijn flinke olifanten, maar toch ook ver van mijn bed. Daardoor wat kleinere olifantjes zeg maar… Maar die overigens toch wel hard groeien.
De grootte van de olifant hangt dus af van de werkelijke of emotionele afstand. Een beetje afstand nemen van de situatie is vaak goed, je kunt nu eenmaal niet alle ellende van de wereld op je schouders nemen. Relativeren noemen ze dat. Maar als je een relatie in een rampgebied hebt zitten -familie of vrienden- staat de olifant wel op ploffen. En teveel relativeren is ook niet gezond. Je moet ook weer niet weglopen voor je emoties. Je kunt daarmee ook iets kapot maken. Zo kun je bijvoorbeeld seks helemaal stuk relativeren door het te zien als wat friemelen aan elkaars lichaam en het uitwisselen van wat orale, of orgastische lichaamssappen. Het libido zal er vermoedelijk niet door aangemoedigd worden…
De grootste olifanten zijn de olifanten die onszelf treffen, omdat we moeilijk afstand kunnen nemen van onze eigen positie. Van een afstand is het veel makkelijker. Dat blijkt ook uit reacties van terugkerende ruimtevaarders die vanuit de ruimte onze mooie planeet bezien en van daaruit aangeven niet te begrijpen dat we elkaar de tent uitvechten. En als ze terug zijn… Dan doen ze gewoon weer mee.
En dan nog even over onze zintuigen. Horen we wel wat er echt gezegd wordt, zien we wel wat er werkelijk gebeurt? Het is duidelijk dat ook dat geïnterpreteerd wordt vanuit ons eigen perspectief. Als wij bijvoorbeeld een politicus iets horen zeggen is de één daar enthousiast over, terwijl een ander boos wegloopt.
Binnen onze vijf zintuigen waarmee we onze omgeving waarnemen -voelen, ruiken, horen, zien en proeven- wil ik er daarom graag even ééntje uitlichten. Dat is ‘voelen’, dus dat wat we lijfelijk beleven aan pijn, jeuk, warmte of kou. Maar voelen is meer, dat doet ook onze onderbuik. Waarom zegt die man of vrouw dat? Wat bedoelt hij of zij precies Hoe en van waaruit zijn die denkbeelden ontstaan? Het vraagt nogal wat ervaring en inleving om uit een waarneming een zuivere interpretatie te destilleren.
Als dat destijds bijvoorbeeld bij de gesprekken zou zijn gebeurd tussen de NAVO en Poetin, of tussen de Arabische landen en de VN, dan waren die olifanten wellicht niet eens geboren...
Ik ben echter bang dat ze in verwachting zijn en dat er nog wel een paar komen.
Maak jouw eigen website met JouwWeb