Beste Sint,
Mijn naam is Dick en ik volg de opleiding Bestuur, Recht & Veiligheid op de Haagse Hogeschool. Ik schrijf u deze brief omdat er een probleem is waar wij geen raad meer mee weten en advies nodig hebben. Het gaat over Nora die sinds een communicatiespelletje in de collegezaal niet meer op school verschijnt. U kent dat spelletje wel waarbij je iets in elkaars oor fluistert en dat er dan aan het einde van de lijn een heel ander woord uitkomt. Daar is iets niet goed gegaan.
Het is volgens anonieme bronnen veroorzaakt door Geert, een klasgenoot die nogal prominent aanwezig is en er heel andere omgangsnormen op nahoudt dan de meesten in onze klas. Die nogal controversieel is, rechts liberaal gedrag vertoont en graag zijn klasgenoten choqueert. Tijdens het spelletje wilde de docent aantonen hoe onbetrouwbaar mondelinge communicatie is. Geert zat naast Nora (die van Marokkaanse afkomst is) en fluisterde volgens bronnen ‘hoer’ in haar oor, waarna ze direct is opgestapt en sindsdien niet meer op school is gezien. Nou en dat heeft geleid tot een heftige ruzie waarbij er nu vanuit vooral de flanken behoorlijk met bagger heen en weer wordt gegooid. De ene flank, Geert met zijn vriendjes en de andere flank Pieter die bevriend was met onder andere Nora. Het zijn vooral die twee groepen die de lezingen in de collegezaal steeds ontregelen. De rest (ook ik) roept af en toe wel eens wat maar dat lost eigenlijk niets op. En het wordt steeds erger, Rosanne en Femke zien we ook al niet meer…
Nora stond versteld van wat er vervolgens in de schoolkrant over werd geschreven. Onwaarheden die zijn overgenomen uit anonieme bronnen op sociale media. Insinuaties dat ze vertrokken zou zijn door racistische uitspraken. Tegen de redacteur van de schoolkrant spreekt Nora tegen dat ze daarom niet meer komt. ‘Ik ben weggegaan omdat ik beledigd ben en omdat de omgangsnormen van een aantal mensen mij niet aanstaan, omdat er studenten zijn die bewust polariserend bezig zijn’, zegt ze.
Toen Rosanne en Femke vertrokken werden de colleges door hen zelfs als een vijandig klimaat aangeduid…
Mijn vraag aan u is daarom, wat kunnen wij -als lijdende en zo goed als zwijgende middengroep- die gevangen lijkt tussen de twee ruziënde flanken doen..?. Wij vinden het zeer vervelend allemaal, enerzijds voor Nora, Rosanne, Femke en Pieter, anderzijds omdat de lezingen in de collegezaal daardoor nog nauwelijks serieus te nemen zijn en wij daardoor stagneren in onze voortgang. We hebben natuurlijk onze sympathie geuit naar de genoemde studenten, zij het bescheiden omdat we bang zijn dat straks de pijlen van Geert en zijn vriendjes op ons gericht staan.
Of moeten we er met harde hand in, met gevaar voor escalatie..?
Graag ontvangen wij uw reactie en advies.
Dank en groet,
Dick Schuif
Haagse Hogeschool
Klas 3BRV3
Maak jouw eigen website met JouwWeb